Actueel

goed.gifZorgverzekeraar gaat duur oogmiddel vergoeden

Onlangs maakte zorgverzekeraar Agis bekend dat zij een contract heeft afgesloten met een privékliniek voor de behandeling met het oogmiddel ranibizumab (Lucentis®). Ranibizumab is geregistreerd voor de behandeling van neovasculaire (natte) leeftijdsgebonden maculadegeneratie - uitvoerig besproken in het augustusnummer van Pharma Selecta. Aangezien ziekenhuizen voor deze therapie slechts tachtig procent van de kosten vergoed krijgen via de beleidsregel dure geneesmiddelen, krijgen patiënten met maculadegeneratie veelal het goedkopere alternatief bevacizumab. Jaarlijks worden zeven- tot

tienduizend patiënten met deze aandoening behandeld waardoor de kosten voor de ziekenhuizen aardig kunnen oplopen. Het is natuurlijk mooi dat via marktwerking de therapie met ranibizumab mogelijk wordt, maar op dit moment kan hiervan maar een deel van de patiënten profiteren. Hoewel de privékliniek ook onderhandelt met andere zorgverzekeraars, zal een oplossing op lange termijn wenselijk zijn om alle patiënten met maculadegeneratie dezelfde behandelingsmogelijkheden te kunnen bieden. Nu kunnen zorgverzekeraars natuurlijk zeggen dat patiënten de voorwaarden voor vergoeding goed moeten lezen, maar dat is nu vaak net het probleem.


 

UK verruimt voorschrijfbevoegdheid apothekers

 

De regering van Groot-Brittannië heeft aangekondigd volgend voorjaar aan verpleegkundigen en apothekers, die daarvoor een speciale opleiding hebben gevolgd, volledige voorschrijfbevoegdheid te geven voor alle ziektebeelden. De artsenorganisatie British Medical Association keert zich tegen het plan en noemt het een onverantwoordelijke en gevaarlijke zet. De staatssecretaris van Gezondheid Patricia Hewitt zegt dat door het uitbreiden van de traditionele rolverdeling bij het voorschrijven, patiënten gemakkelijker aan de benodigde medicijnen kunnen komen van een groter aantal goed-opgeleide professionals. Het voorstel past in het beleid om van de National Health Service een volledig patiënt gestuurd systeem te maken, waarbij patiënten vrij zijn om te kiezen door wie ze willen worden behandeld. In Groot-Brittannië hebben apothekers en verpleegkundigen - na het volgen van een intensieve training - al langer een beperkte voorschrijfbevoegdheid. De nieuwe uitbreiding van deze bevoegdheid kan worden verkregen door het volgen van een opleiding die tenminste 38 dagen duurt. Vermoedelijk neemt door de uitbreiding van het aantal voorschrijvers de werkdruk van de artsen af, waardoor deze meer tijd hebben om zich te richten op meer complexe gevallen. Overigens wordt door apothekers van de beperkte voorschrijfbevoegdheid op dit moment nog maar weinig gebruikt gemaakt.

Wellicht zijn de voorstellen die aan de andere kant van de Noordzee worden gedaan, toch een steuntje in de rug voor de Nederlandse apotheker, om in ieder geval de herhaalreceptuur naar zich toe te trekken. Of doen wij onder voor onze Britse collega's?


 

De kanttekeningen

De gezonde patiëntslecht.gif

 

Van de hand van voormalig huisarts, bedrijfsarts en verzekeringsarts Jannes Koetsier verscheen het boek De gezonde patiënt. In het boek worden missers uit de dagelijkse praktijk en het gebrek aan klantgerichtheid binnen de gezondheidszorg besproken aan de hand van waargebeurde verhalen. Op het eerste gezicht lijkt het vreemd dat een arts zijn eigen nest bevuilt door een dergelijk boek te schrijven. Maar gezien het arbeidsverleden van de auteur in de wereld van de ziektekostenverzekeringen, ligt de verklaring wellicht wat meer voor de hand.

Natuurlijk zijn er talloze praktijkgevallen op te tekenen van situaties waarin het mis is gegaan, vooral in de communicatie tussen arts of apotheker en patiënt. Juist een arts die in de praktijk heeft gewerkt, moet zich echter realiseren dat er vaak sprake is van een aantal complicerende factoren in het contact met patiënten. Ten eerste spelen emoties en angsten van de patiënt vaak een grote rol. Daarnaast is het voor de medicus vaak lastig in te schatten in hoeverre de boodschap begrepen wordt door de patiënt en tenslotte speelt ook het "shooting the messenger" fenomeen een belangrijke rol in gevallen waar het mis gaat. De relatie tussen arts (of apotheker) en patiënt is gebaat bij voldoende vertrouwen van de laatste in de eerste. Tegenover elke publicatie als deze moet tenminste een tienvoudige hoeveelheid positieve verhalen of ervaringen staan om het geschonden vertrouwen in de medische orde te herstellen. Het is jammer dat de inmiddels niet meer praktiserende schrijver de schade die zijn publicatie aanricht, niet meer aan den lijve ondervindt. Het boek is overigens te bestellen via http://www.degezondepatient.nl


 

Gelezen

goed.gifLiefdespil

 

Sildenafil blijkt niet alleen in staat om erectiestoornissen aan te pakken maar kan mogelijk ook de relatie tussen de partners stimuleren. Onderzoek bij ratten heeft aangetoond dat sildenafil door remming van het enzym cGMP-specifieke fosfodiësterase type 5 niet alleen invloed heeft op de gladde spieren in het corpus cavernosum, maar ook op kaliumkanalen in de hypofyse. Hierdoor wordt de afgifte van oxytocine verhoogd. Oxytocine stimuleert niet alleen de contractie van de uterus en de melkproductie maar ook de bandvorming tussen individuen. In hoeverre dit effect ook bij mensen optreedt, is nog niet bekend.

Bron: Journal of Physiology, augustus 2007.


 

Oorzaken therapieresistentie tegen ACE-remmers

Bij patiënten met een chronische nierziekte staat, naast bloeddrukverlaging, een verlaging van het eiwitverlies via de urine centraal. Eiwitverlies in de urine is namelijk een belangrijke oorzaak van verder nierfunctieverlies. Meestal worden geneesmiddelen die aangrijpen op het RAS-systeem, zoals ACE-remmer en AT1-receptorantagonisten hiervoor gebruikt. Omdat deze middelen niet bij alle patiënten effectief zijn, is in veel gevallen dialyse of een transplantatie noodzakelijk.

De Groninger promovendus Hendrik Bos onderzocht de oorzaken van therapieresistentie tegen ACE-remmer en publiceerde deze in zijn proefschrift Therapy resistance to the antiproteinuric and renoprotective efficacy of ACE-inhibition. Uit zijn onderzoek blijkt dat vooral patiëntgebonden factoren, zoals geslacht, genetische verschillen, ernst van de nierschade bij start van de therapie en zoutinname een rol spelen bij therapieresistentie. Zoutbeperking verbetert de therapierespons en leidt tot behoud van de nierfunctie. De behandeling van eiwitverlies via de urine kan verder verbeterd worden door deze meer op de individuele patiënt te richten. Dieetmaatregelen lijken daarbij meer effect te hebben dan het switchen van de ene naar de andere klasse geneesmiddelen, combinatietherapie van ACE-remmers en AT1-receptorantagonisten en het gebruik van hoge doseringen.

Bron: Proefschrift H.Bos. Therapy resistance to the antiproteinuric and renoprotective efficacy of ACE-inhibition. September 2007.