Uit eigen ervaring weet ik heel goed dat de collega-ziekenhuisapothekers zeer serieus en actief bezig zijn om de opname- en ontslagbegeleiding in hun ziekenhuis naar een hoger plan te tillen. Echter, aangezien zij hierbij vaak tegen bureaucratische, juridische en/of ICT-technische problemen aanlopen, gaat dit proces veel langzamer dan zij zelf zouden willen. Kortom, chargerend gezegd: de ziekenhuizen zijn nog jarenlang verwijderd van een kwalitatief hoogstaande prestatie van deze begeleiding, waarvoor zij nu wél door de zorgverzekeraars krijgen betaald.

De prestatiebeloning voor apothekers was een goed idee. Loon naar werken is een prima drijfveer voor het leveren van kwaliteit. Van de andere kant: wanneer een prestatie die wel wordt geleverd bij voorbaat niet wordt beloond of waarover moeizaam onderhandeld moet worden met collega's uit de kliniek, zal het snel afgelopen zijn met de energie die erin wordt gestopt. De kwaliteit van opname- en ontslagbegeleiding zal hard achteruit hollen.

Cadeautjes verwachten wij in deze tijd van het jaar alleen van Sinterklaas. De zorgverzekeraars hoeven niet voor goedheiligman te spelen, maar hebben als taak om goede zorg in te kopen bij diegenen die de zorg ook daadwerkelijk kunnen leveren. In het geval van opname- en ontslagbegeleiding moet de openbare apotheker hiervoor de pepernoten krijgen. Komt die beloning er niet, dan weten u en ik wie de zwartepiet hiervoor krijgt.

 

Jos Lüers, hoofdredacteur

 

 

Uit de praktijk

Renagel® versus Renvela®

pasop-bwKort geleden maakte fabrikant Genzyme intenties bekend om Renagel (sevelameer hydrochloride) van de markt te halen. Hiervoor in de plaats zou het therapeutisch equivalente Renvela (sevelameer carbonaat) gebruikt zou kunnen worden. Beide middelen zijn fosfaatbinders en worden toegepast bij volwassen patiënten met hyperfosfatemie die hemodialyse of peritoneale dialyse ondergaan. Het verschil tussen Renagel en Renvela ligt in de zoutvormen van beide middelen.1 2 Sevelameer hydrochloride veroorzaakt een daling van het serumbicarbonaat, waardoor het risico op een metabole acidose bij sommige patiënten is verhoogd. Sevelameer carbonaat zorgt niet voor een daling van het serumbicarbonaat, waardoor het risico op een acidose bij patiënten kleiner is. Renvela en Renagel zijn therapeutisch bewezen equivalent wanneer gekeken wordt naar het stabiliseren van het fosfaatniveau in patiënten, maar zijn door bovengenoemde effecten niet altijd onderling uitwisselbaar.3 4 Een patiënt die alkalotisch is, zou immers geen baat hebben bij het gebruik van Renvela, maar zou mogelijk profijt kunnen hebben bij behandeling met Renagel. De vraag naar Renagel is mede hierdoor relevant genoeg gebleken om Renagel - op verzoek van nefrologen - op de markt te houden. Renagel zal binnenkort weer opgenomen worden in het Farmacotherapeutisch Kompas.

Literatuur:

1      Renagel, samenvatting van de productkenmerken, 
november 2011.

2      Renvela, samenvatting van de productkenmerken, 
november 2011.

3      Delmez J et al. A randomized, double-blind, crossover design study of sevelamer hydrochloride and sevelamer carbonate in patients on hemodialysis. Clin Nephrol 2007;68:386-391.

4     Pai AB, Shepler BM et al. Comparison of sevelamer hydrochloride and sevelamer carbonate: risk of metabolic acidosis and clinical implications, Pharmacoth 2009(May);29(5):554-561.

 

 

Gelezen

Dabigatran bij creatinineklaring <30 ml/min pasop-bw

Dabigatran is geregistreerd voor de primaire preventie van veneuze trombo-embolie bij volwassen patiënten die een totale heup- of knievervangende operatie hebben ondergaan. Daarnaast is het middel geregistreerd voor de preventie van een cerebrovasculair accident en systemische embolie bij volwassenen patiënten met atriumfibrilleren zonder klepafwijkingen. Dabigatran etexilaat is een pro-durg dat na absorptie door esterasen in het plasma en de lever wordt omgezet tot het farmacologisch actieve dabigatran. Dit is een reversibele, competitieve, direct werkende remmer van trombine. Dabigatran remt zowel het vrije als het aan fibrine gebonden trombine en de trombocyten geïnduceerde plaatjesaggregatie. Het voordeel van dabigatran ten opzichte van acenocoumarol en fenprocoumon, lag in het feit dat het middel niet hoeft te worden gedosseerd op geleide van de stollingsparameters.

De samenvatting van productkenmerken van dabigatran vermeldde tot voor kort dat er weinig klinische ervaring is met de behandeling van patiënten met een verminderde nierfunctie en dat daarom deze groep met voorzichtigheid dient te worden behandeld. In Japan zijn inmiddels meldingen gemaakt van fatale bloedingen bij de behandeling met dabigatran etexilaat. Een aantal van de patiënten had een ernstige nierinsufficiëntie (vertaald naar een creatinineklaring van <30 ml/min). Als gevolg van deze meldingen wordt geadviseerd om patiënten met een creatinineklaring van <30 ml/min uit te sluiten van behandeling. Patiënten waarbij verwacht wordt dat de nierfunctie zal verminderen, mogen pas behandeld worden met dabigatran na bepaling van de nierfunctie. Bij patiënten ouder dan 75 jaar dient de nierfunctie minstens eenmaal per jaar te worden bepaald tijdens de behandeling met dabigatran. Fabrikant Boehringer Ingelheim heeft naar aanleiding van deze melding laten weten de SmPC te hebben aangepast.

Bron:

cbg-meb.nl/nieuws, geraadpleegd 13 november 2011.