Samenvatting
Narcolepsie is een chronische neurologische aandoening, waarbij het slaap-waakritme is verstoord, met als meest kenmerkende symptoom een overmatige slaperigheid overdag (excessive daytime sleepiness, EDS). Solriamfetol (Sunosi®), een selectieve remmer van de dopamine- en norepinefrinetransporter, geregistreerd voor de behandeling van EDS bij patiënten met narcolepsie. In de enige placebo-gecontroleerde gerandomiseerde studie, uitgevoerd bij patiënten met narcolepsie, was het effectiever dan placebo. In een open-label studie hield het effect gedurende 52 weken aan. Solriamfetol werd in de klinische studies goed verdragen. Het is echter nog niet direct vergeleken met de andere, veel toegepaste geneesmiddelen voor EDS bij narcolepsie. Er zijn nog geen gegevens over effectiviteit en veiligheid op langere termijn, terwijl narcolepsie wel een chronische aandoening is en geneesmiddelen dus vaak langdurig worden gebruikt. De prijs is nog niet bekend, maar zal naar verwachting veel hoger zijn dan die van de gangbare middelen bij deze aandoening. Solriamfetol blijkt effectief voor de behandeling van EDS bij narcolepsie. Er is hiervoor echter nog maar heel weinig bewijslast. Voor de definitieve plaatsbepaling is meer en langer durend onderzoek nodig om de effectiviteit en langetermijnveiligheid te kunnen beoordelen. Ook moet het in head-to-head studies direct vergeleken worden met andere geneesmiddelen toegepast bij deze indicatie.

A. Heersche en R.W.G. Bruggeman, onder medeverantwoordelijkheid van de redactie

Abstract
Narcolepsy is a chronic neurological disorder of the sleep-wake cycle, with as main symptom excessive daytime sleepiness (EDS). Solriamfetol (Sunosi®), a selective inhibitor of the dopamine and norepinephrine transporter, is approved for the treatment of EDS in patients with narcolepsy. It was more effective than placebo in the only placebo-controlled randomized trial involving patients with narcolepsy performed to date, its effect lasted 52 weeks in an open-label study, and it was well tolerated in clinical studies. However, solriamfetol has not been compared directly with other drugs frequently used for EDS in patients with narcolepsy. Moreover, there are currently no long-term data on its safety and efficacy, even though narcolepsy is a chronic disorder and long-term treatment is often necessary. The price of the drug is not yet known, but it is probably more expensive than other drugs used for this indication. Although solriamfetol appears to be effective as treatment for EDS in patients with narcolepsy, the supporting evidence is limited. Further studies are needed to establish its long-term efficacy and safety and to compare it directly with other commonly used drugs for this indication.

Pharma Selecta 2020 (november) Pharm Sel 2020;36:60-64.

Inleiding
Narcolepsie is een chronische neurologische aandoening, waarbij het slaap-waakritme is verstoord. Het meest kenmerkende symptoom is een overmatige slaperigheid overdag (excessive daytime sleepiness, EDS), dat zich uit in onbedwingbare slaapaanvallen. Bij een deel van de patiënten komt daarnaast kataplexie voor, een plotseling, kortdurend verlies van de spiertonus als gevolg van emotionele prikkels. Andere veel voorkomende symptomen zijn slaapparalyse en hypnagoge of hypnopompe hallucinaties. Slaapparalyse houdt in dat patiënten zich niet kunnen bewegen bij de overgang van slaap naar waken. Hypnagoge of hypnopompe hallucinaties zijn kortdurende, extreem levendige droombeelden die soms nauwelijks van de werkelijkheid te onderscheiden zijn en optreden bij het in slaap vallen of ontwaken.[1] De derde editie van de International Classification of Sleep Disorders (ICSD) onderscheidt twee vormen van narcolepsie: narcolepsie type 1 (NT1) met EDS in combinatie met kataplexie en/of lage cerebrospinale spiegels hypocretine-1 en narcolepsie type 2 (NT2), waarbij sprake is van EDS zonder kataplexie of lage cerebrospinale spiegels hypocretine-1.[2] Hypocretine (orexine) speelt onder andere een rol bij het bevorderen van de waaktoestand, het onderdrukken van de remslaap overdag en het regelen van de slaapstructuur.[1]
Bij patiënten met NT1 treedt degeneratie van hypocretineneuronen in de hypothalamus op, vermoedelijk door een auto-immuunproces. De pathogenese van NT2 is onbekend. De hypothalamus speelt een belangrijke rol bij de regulatie van de slaapstructuur en het slaap-waakritme. Vanuit de hersenstam hebben activerende en inhiberende banen invloed op de waak- en slaaptoestand. De belangrijkste activerende neurotransmitters die de waaktoestand bevorderen zijn histamine, dopamine, norepinefrine, serotonine, acetylcholine en hypocretine. Inhiberende neurotransmitters die de slaaptoestand bevorderen zijn onder andere gammahydroxyboterzuur (GABA) en melatonine.[1 3]
De wereldwijde prevalentie van narcolepsie is 25-50 per 100.000.[1] In Nederland hebben naar schatting zes- tot achtduizend mensen de aandoening.[4] De eerste ziekteverschijnselen treden meestal op gedurende de adolescentie of aan het begin van de volwassenheid. De behandeling is symptomatisch. Er zijn tot op heden geen geneesmiddelen of andere medische mogelijkheden die het ziekteproces van deze chronische aandoening kunnen beïnvloeden.[1]
Er zijn voor de behandeling van de symptomen van narcolepsie verschillende geneesmiddelen beschikbaar. Middelen voor het verminderen van EDS stimuleren vaak de activerende neurotransmitters. Bij narcolepsie worden daarvoor meestal amfetamineachtige stimulatia (onder andere methylfenidaat), modafinil en pitolisant gebruikt. Tegen kataplexie, hypnagoge hallucinaties en slaapparalyse worden off-label antidepressiva ingezet; onder andere venlafaxine, clomipramine en fluoxetine. Natriumoxybaat (het natriumzout van gammahydroxyboterzuur) is effectief gebleken tegen zowel slaperigheid overdag als kataplexie.[1 5]
Solriamfetol is in januari 2020 onder de naam Sunosi® door de European Medicines Agency (EMA) geregistreerd voor de behandeling van EDS bij volwassen patiënten met NT1 en NT2. Daarnaast is het geregistreerd voor volwassenen met obstructieve slaapapneu (OSA).[6 7] In dit artikel wordt ingegaan op de toepassing van solriamfetol bij narcolepsie.

Farmacologie
Dynamiek
Solriamfetol remt selectief de dopamine- en norepinefrinetransporter. Hierdoor remt het de heropname van dopamine en norepinefrine in presynaptische neuronen en stijgt de hoeveelheid van deze activerende neurotransmitters in de synaptische spleet. Dit bevordert de waaktoestand en kan daardoor de EDS verminderen.[6]

Kinetiek 
De biologische beschikbaarheid na orale toediening is circa 95%. De Tmax wordt bij inname op de nuchtere maag bereikt na twee uur; inname met vetrijk voedsel verlengt deze met een uur. Voedsel heeft geen relevante invloed op de AUC en Cmax. Solriamfetol kan daarom worden ingenomen zonder rekening te houden met de inname van voedsel. Het schijnbare verdelingsvolume is ongeveer 199 liter. Solriamfetol wordt nauwelijks gemetaboliseerd. Ongeveer 95% van de dosis wordt in onveranderde vorm uitgescheiden via de nieren, waarschijnlijk vooral via actieve tubulaire secretie. De gemiddelde eliminatiehalfwaardetijd is 7,1 uur. De steady-state concentratie wordt na ongeveer drie dagen bereikt.[6]

Klinisch onderzoek
In klinische onderzoeken wordt de effectiviteit van geneesmiddelen bij narcolepsie bepaald aan de hand van het meten van de EDS. Hiervoor wordt meestal gebruik gemaakt van de gestandaardiseerde objectieve Maintenance of Wakefulness Test (MWT) en de subjectieve Epworth Sleepiness Scale (ESS)-score. De MWT meet gedurende de dag de alertheid en in hoeverre de patiënt in staat is wakker te blijven. Het onderzoek bestaat uit vier of vijf testen van elk maximaal 40 minuten, met steeds twee uur ertussen. Bij elke test wordt gekeken hoe lang iemand wakker kan blijven in een ruimte zonder daglicht en prikkels. Gezonde personen zonder EDS hebben bij de testen een gemiddelde slaaplatentie (de tijd dat het duurt voordat iemand in slaap valt) van 30,4 minuten op de 40 minuten; 97,5% heeft een slaaplatentie van >8 minuten.[8] De ESS is een gevalideerde en door de patiënt zelf gerapporteerde score voor de waarschijnlijkheid dat hij/zij in slaap valt tijdens verschillende algemene dagelijkse verrichtingen. De score loopt van 0-24, waarbij een hogere score een hogere mate van slaperigheid aangeeft. Scores ≤10 vallen binnen de normale waarden.[9] Daarnaast is in de onderzoeken gekeken naar de Patient Global Impression of Change (PGI-C)-score, die weergeeft hoe de patiënt de verandering van zijn/haar klinische toestand beoordeelt. De PGI-C-score is een 7-puntenschaal die van ‘zeer sterk verbeterd’ tot ‘zeer sterk verslechterd’ gaat.[6]

Fase 3-studies solriamfetol
TONES 2 was een gerandomiseerde, dubbelblinde en placebo-gecontroleerde fase 3-studie, waarin de effectiviteit en verdraagbaarheid van solriamfetol gedurende twaalf weken werd onderzocht.[11] Het onderzoek werd uitgevoerd bij volwassen patiënten met NT1 en NT2, gediagnosticeerd volgens de criteria van de ICSD-3 of de 5e editie van de Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (DSM-5). Inclusiecriteria waren een baseline-gemiddelde slaaplatentie van <25 minuten (op basis van het gemiddelde van vier testen van de MWT), een totale slaaptijd gedurende de nacht van ≥6 uur en een baseline ESS-score ≥10. 
Patiënten werden gerandomiseerd over solriamfetol 75 mg (n=59), 150 mg (n=55), 300 mg (n=59) of placebo (n=58) eenmaal daags. De primaire eindpunten waren toename in de MWT en afname van de ESS-score. Het belangrijkste secundaire eindpunt was verbetering van de PGI-C-score. Na twaalf weken was de MWT-slaaplatentie toegenomen met een least square mean difference (LSD) van 4,7 (75 mg) respectievelijk 9,8 (150 mg) respectievelijk 12,3 minuten (300 mg), vergeleken met 2,1 in de placebogroep (p=0,16 voor solriamfetol 75 mg en p<0,0001 voor solriamfetol 150 en 300 mg). De MWT-score in week twaalf was voor de 150 mg- en 300 mg-doses bij alle vijf de testen gedurende de dag significant hoger dan placebo, wat impliceert dat het effect van solriamfetol de hele dag aanhoudt. De ESS-score was afgenomen met een LSD van -3,8 voor 75 mg, -5,4 voor 150 mg en -6,4 voor 300 mg, vergeleken met -1,6 in de placebogroep (p<0,05 voor solriamfetol 75 mg en p<0,0001 voor solriamfetol 150 en 300 mg). De effecten op de MWT en ESS traden in de eerste week op en hielden gedurende de twaalf weken van de studie aan. De toename van de PGI-C-score was 67,8%, 78,2% respectievelijk 84,7% in de solriamfetol 75 mg-, 150 mg- en 300 mg-groepen vergeleken met 39,7% in de placebogroep (p<0,05 voor solriamfetol 75 mg, p<0,0001 voor solriamfetol 150 en 300 mg).[10] In de studie werd ook gekeken naar de invloed van solriamfetol op de dagelijkse functionaliteit, de kwaliteit van leven en de productiviteit op het werk. Solriamfetol liet een verbetering op deze uitkomstmaten zien.

In een tweede fase 3-studie werd de effectiviteit en verdraagbaarheid van solriamfetol op langere termijn onderzocht gedurende maximaal 52 weken.[12] Dit extensie-onderzoek werd uitgevoerd onder 643 patiënten met narcolepsie (n=226) of OSA (n=417) die eerder hadden deelgenomen aan een fase 2- of fase 3-studie met solriamfetol. Het primaire eindpunt was afname van de ESS-score. De inclusiecriteria waren gelijk aan die in TONES 2. Daarnaast moesten patiënten de eerdere fase 2- of fase 3-studie volledig hebben doorlopen. Patiënten die in de eerdere studie last hadden gekregen van een aan solriamfetol gerelateerde ernstige bijwerking, werden geëxcludeerd. De deelnemers werden getitreerd op een individueel ingestelde dosis van 75, 150 of 300 mg solriamfetol en gevolgd gedurende 40 weken (groep A) of 52 weken (groep B). Dit gedeelte van het onderzoek was open-label. Na zes maanden werd bij een subgroep van 280 patiënten, waaronder 79 met narcolepsie, een gerandomiseerde, placebo-gecontroleerde onttrekkingsperiode van twee weken ingesteld. Patiënten werden gerandomiseerd over placebo (n=141) of continuering van solriamfetol in dezelfde dosis (n=139). Na deze onttrekkingsperiode werd bij iedereen solriamfetol gecontinueerd tot het eind van de studie. In groep A daalde onder de narcolepsiepatiënten de ESS gedurende de eerste twee weken met 8,3 (van 15,9 naar 7,6). Dit effect hield gedurende de hele studieperiode aan. Na 40 weken was de ESS 8,3. In groep B daalde de ESS bij de narcolepsiepatiënten in de eerste twee weken met 8,1 (van 15,9 naar 7,8); na 52 weken was de ESS 7,6. 
Gedurende de tweeweekse onttrekkingsperiode nam de ESS toe met een LSD van +5,3 bij patiënten die overgezet werden op placebo (n=141), vergeleken met +1,6 bij patiënten die solriamfetol bleven doorgebruiken (n=139); verschil -3,7; 95%BI -4,80 tot -2,65. Bij patiënten op placebo verergerden de klachten dus meer dan bij patiënten op solriamfetol. Er trad geen rebound hypersomnie op bij patiënten op placebo.

Andere studies geneesmiddelen bij EDS
Solriamfetol is in een andere gerandomiseerde, placebo-gecontroleerde, dubbelblinde fase 3-studie (TONES 3) onderzocht voor EDS bij OSA, de andere geregistreerde indicatie. Het effect van solriamfetol op de MWT en de ESS in deze studie was vergelijkbaar met het effect op deze eindpunten dat in TONES 2 werd gezien.[13]

Solriamfetol is nog niet direct vergeleken met de andere, veel toegepaste geneesmiddelen voor EDS bij narcolepsie. In twee meta-analyses waren de ESS en MWT voor modafinil ten opzichte van placebo: ESS -2,4 respectievelijk -2,8 en MWT +1,9 minuten respectievelijk +2,8 minuten.[14 15] 
In een van deze meta-analyses werd ook naar pitolisant en natriumoxybaat gekeken. Pitolisant liet een verschil ten opzichte van placebo zien bij de ESS van -3,1 en de MWT van +4,9 minuten; voor natriumoxybaat was de ESS -2,9; de MWT verschilde niet significant ten opzichte van placebo.[14] In TONES 2 liet 150 mg solriamfetol bij de ESS een verschil ten opzichte van placebo van -3,8 zien en bij de MWT een verschil van +7,7 minuten.[10] In deze vergelijking lijkt solriamfetol iets effectiever dan modafinil, pitolisant en natriumoxybaat, maar dit is een indirecte vergelijking die voor solriamfetol alleen gebaseerd is op de uitkomsten van TONES 2.

Bijwerkingen
De meest voorkomende bijwerkingen zijn hoofdpijn (11,1%), misselijkheid (6,6%) en verminderde eetlust (6,8%). Andere vaak voorkomende bijwerkingen (bij 1-10% van de gebruikers) zijn angst, slapeloosheid, tandenknarsen, prikkelbaarheid, duizeligheid, hartkloppingen, bloeddrukverhoging, hoesten, diverse maag-darmklachten en overmatig zweten. In de klinische studies verdwenen de meeste van deze bijwerkingen binnen twee weken.[6]
In de langetermijn fase 3-studie had 75% van de patiënten ten minste één bijwerking gedurende de studieperiode; 9,2% stopte vanwege een bijwerking met de studie. De meest voorkomende bijwerkingen in deze studie waren hoofdpijn (11,0%), misselijkheid (8,9%), nasopharyngitis (8,4%), slapeloosheid (7,9%), droge mond (7,3%), angst/onrust (7,2%), verminderde eetlust (5,0%) en bovensteluchtweginfecties (5,0%). De meeste van de veel voorkomende bijwerkingen traden op in de eerste twee weken van de studie, met uitzondering van sinusitis, nasopharyngitis en bovensteluchtweginfecties.[12]
In een kleine studie naar het risico op misbruik leek dit bij solriamfetol hoger dan bij placebo en lager dan bij de vergelijkende stof fentermine.[16]

Interacties 
Er is nog geen onderzoek naar interacties van solriamfetol uitgevoerd. Solriamfetol mag niet gelijktijdig worden gebruikt met MAO-remmers, omdat dit het risico op een sterk verhoogde bloeddruk kan vergroten. Na staken van de MAO-remmer moet er een wash-out periode van twee weken plaatsvinden, voordat de patiënt kan starten met solriamfetol.
Omdat solriamfetol de bloeddruk en hartfrequentie kan verhogen, wordt aangeraden voorzichtig te zijn bij combinaties met andere geneesmiddelen die de bloeddruk en hartfrequentie verhogen. 
Solriamfetol is geen substraat, remmer of inductor van de belangrijkste enzymsystemen en transporteiwitten. Er zijn daarom geen klinisch relevante farmacokinetische interacties te verwachten.[6]

Contra-indicaties 
Overgevoeligheid voor solriamfetol of voor een van de hulpstoffen in de tablet is een contra-indicatie voor het gebruik ervan. Daarnaast wordt solriamfetol ontraden bij patiënten met instabiele angina pectoris, ongecontroleerde hypertensie, ernstige hartritmestoornissen, andere ernstige hartproblemen of een doorgemaakt myocardinfarct in het afgelopen jaar.[6]
Solriamfetol wordt voornamelijk via de nieren uitgescheiden en de AUC en t1/2 nemen toe bij patiënten met een verminderde nierfunctie. Daarom moet bij deze groep dosisverlaging plaatsvinden. De fabrikant raadt aan om bij een creatinineklaring van 30-59 ml/min te starten met 37,5 mg en na vijf dagen op te bouwen tot maximaal 75 mg eenmaal daags. Bij een creatinineklaring van 15-29 ml/min is de aanbevolen dosis is 37,5 mg eenmaal daags. Bij een creatinineklaring <15 ml/min en bij hemodialyse wordt gebruik van solriamfetol ontraden.[6] 
Bij patiënten met leverfunctiestoornissen hoeft geen dosisaanpassing plaats te vinden omdat solriamfetol nauwelijks wordt gemetaboliseerd door de lever.[6]

Zwangerschap en lactatie
Er zijn nog weinig of geen gegevens bekend over het gebruik van solriamfetol door zwangere vrouwen. In dieronderzoek kwam reproductietoxiciteit naar voren. Daarom wordt gebruik tijdens de zwangerschap afgeraden. Vrouwen in de vruchtbare leeftijd moeten een betrouwbare anticonceptiemethode gebruiken tijdens de behandeling met solriamfetol.[6] 
Het is niet bekend of solriamfetol wordt uitgescheiden in de borstvoeding. Uit dieronderzoek blijkt echter dat het middel in melk wordt uitgescheiden. Uit voorzorg wordt daarom aangeraden om ofwel de borstvoeding ofwel de behandeling te staken.[6]

Voorlichting aan de patiënt 
De patiënt moet solriamfetol ’s morgens direct na het ontwaken innemen. De tabletten mogen zowel met als zonder voedsel worden ingenomen. Inname minder dan 9 uur voor het slapen gaan moet men vermijden in verband met het activerende effect van solriamfetol. Een vergeten dosis kan alsnog later op de dag worden ingenomen, mits dat uiterlijk tot 9 uur voor het slapen gebeurt.
Voor de tabletten die verpakt zijn in flessen geldt na opening van de fles een houdbaarheid van vier maanden.[6]

Handelspreparaten, dosering en prijs 
Solriamfetol wordt onder de naam Sunosi® geleverd door de firma Jazz Pharmaceuticals. Het is verkrijgbaar als film-omhulde tabletten die solriamfetolhydrochloride bevatten, overeenkomend met 75 of 150 mg solriamfetol. De 75 mg tablet bevat een breukstreep en kan worden gehalveerd voor een dosis van 37,5 mg. Hulpstoffen in de tabletten zijn hydroxypropylcellulose en magnesiumstearaat. De filmomhulling bevat polyvinylalcohol, macrogol, talk, titaandioxide en geel ijzeroxide. De tabletten zijn verpakt in een blisterverpakking van 7, 28 of 56 stuks of in een fles met 30 of 100 stuks.[6]
De aanbevolen startdosis bij narcolepsie is 75 mg eenmaal daags, die vervolgens opgebouwd wordt tot 150 mg eenmaal daags. De fabrikant raadt aan om bij patiënten ouder dan 65 jaar een lagere dosering te overwegen, omdat solriamfetol bij deze groep beperkt is onderzocht.[6]
De prijs van solriamfetol is nog niet bekend. In de Verenigde Staten kost het middel circa 700 dollar voor 30 tabletten van 75 mg.[17]

Conclusie en plaatsbepaling
Solriamfetol is in klinisch onderzoek effectief gebleken voor de behandeling van overmatige slaperigheid overdag (EDS – excessive daytime sleepiness) bij volwassen patiënten met narcolepsie. De enige placebo-gecontroleerde studie, uitgevoerd bij 231 patiënten, liet bij de 150 mg-dosering voor de Epworth Sleepiness Scale een verschil zien ten opzichte van placebo van -3,8 minuten en bij de Maintenance of Wakefulness Test van +7,7 minuten. Solriamfetol is nog niet direct vergeleken met de andere veel toegepaste geneesmiddelen voor EDS bij narcolepsie. Bij indirecte vergelijking lijkt solriamfetol iets effectiever dan modafinil, pitolisant en natriumoxybaat. Dit is echter een indirecte vergelijking die voor solriamfetol slechts gebaseerd is op de uitkomsten van de enige placebo-gecontroleerde studie van twaalf weken, uitgevoerd bij een klein aantal patiënten. In een open-label studie hield het effect van solriamfetol gedurende 52 weken aan. Gedurende deze periode lijkt er geen tolerantie op te treden. Solriamfetol werd in de klinische studies goed verdragen. Er zijn nog geen gegevens over effectiviteit en veiligheid op langere termijn, terwijl narcolepsie wel een chronische aandoening is, waardoor middelen vaak langdurig worden gebruikt. 
De prijs van solriamfetol is nog niet bekend. In de Verenigde Staten is deze echter veel hoger dan die van de gangbare middelen bij EDS. Naar verwachting zal dat in Nederland ook het geval zijn.
Solriamfetol blijkt effectief voor de behandeling van EDS bij narcolepsie. Er is hiervoor echter nog maar heel weinig bewijslast. Voor de definitieve plaatsbepaling is meer en langer durend onderzoek nodig om de effectiviteit en langetermijnveiligheid te kunnen beoordelen. Ook moet het in head-to-head studies vergeleken worden met andere geneesmiddelen, toegepast bij deze indicatie.

Literatuur
1. Kornum BR, Knudsen S, Ollila HM, Pizza F, Jennum PJ, Dauvilliers Y, Overeem S. Narcolepsy. Nat Rev Dis Primers 2017;3:16100.
2. American Academy of Sleep Medicine. International Classification of Sleep Disorders 3e ed. American Academy of Sleep Medicine, 2014.
3. Stahl SM. Stahl’s Essential Psychopharmacology 4th edition. Cambridge University Press, 2013.
4. https://narcolepsie.nl (geraadpleegd 31-10-2020).
5. Takenoshita S, Nishino S. Pharmacologic Management of Excessive Daytime Sleepiness. Sleep Med Clin 2020;15:177-194.
6. SmPC Sunosi®. Geraadpleegd via https://www.geneesmiddeleninformatiebank.nl op 24-10-2020.
7. https://www.ema.europa.eu/en/medicines/human/EPAR/sunosi#authorisation-details-section (geraadpleegd 25-10-2020).
8. Littner MR, Kushida C, Wise M et al. Practice parameters for clinical use of the multiple sleep latency test and the maintenance of wakefulness test. Sleep 2005;28:113-121.
9. Johns MW. A new method for measuring daytime sleepiness: the Epworth Sleepiness Scale. Sleep 1991;14:540-545.
10. Thorpy MJ, Shapiro C, Mayer G, Corser BC, Emsellem H, Plazzi G et al. A randomized study of solriamfetol for excessive sleepiness in narcolepsy. Ann Neurol 2019;85:359-370.
11. Emsellem HA, Thorpy MJ, Lammers GJ, Shapiro CM, Mayer G, Plazzi G et al. Measures of functional outcomes, work productivity, and quality of life from a randomized, phase 3 study of solriamfetol in participants with narcolepsy. Sleep Med 2020;67:128-136.
12. Malhotra A, Shapiro C, Pepin JL, Hedner J, Ahmed M, Foldvary-Schaefer N et al. Long-term study of the safety and maintenance of efficacy of solriamfetol (JZP-110) in the treatment of excessive sleepiness in participants with narcolepsy or obstructive sleep apnea. Sleep 2020;43:zsz220.
13. Schweitzer PK, Rosenberg R, Zammit GK, Gotfried M, Chen D, Carter LP et al. Solriamfetol for Excessive Sleepiness in Obstructive Sleep Apnea (TONES 3). A Randomized Controlled Trial. Am J Respir Crit Care Med 2019;199:1421-1431.
14. Lehert P, Falissard B. Multiple treatment comparison in narcolepsy: a network meta-analysis. Sleep 2018 Dec 1;41(12):zsy185.
15. Golicki D, Bala MM, Niewada M, Wierzbicka A. Modafinil for narcolepsy: systematic review and meta-analysis. Med Sci Monit 2010 Aug;16(8):RA177-86.
16. Carter LP, Henningfield JE, Wang YG, Lu Y, Kelsh D, Vince B, Sellers E. A randomized, double-blind, placebo-controlled, crossover study to evaluate the human abuse liability of solriamfetol, a selective dopamine and norepinephrine reuptake inhibitor. J Psychopharmacol 2018;32:1351-1361.
17. https://www.drugs.com/price-guide/sunosi (geraadpleegd 02-11-2020).