Metabole effecten van zeven antipsychotica bij patiënten met schizofrenie 

Gijsbert Schouten en Fenna Poulussen, apothekers in opleiding tot specialist
december 2020

Waarom dit onderzoek? 
Patiënten met schizofrenie hebben een 15-20 jaar kortere levensverwachting, met als belangrijkste oorzaak hart- en vaatziekten. Een belangrijke precursor hiervoor is het metabool syndroom (MetS), dat kan ontstaan door het gebruik van antipsychotica. Door te onderzoeken hoe metabole parameters veranderen bij het gebruik van antipsychotica, kunnen we erachter komen wanneer deze gemonitord dienen te worden.[1] 

Relevante onderzoeksvragen 
1. Wat zijn de verschillen in metabole effecten in de tijd tussen zeven antipsychotica, waaronder Body Mass Index (BMI), taille-omtrek (TO), bloeddruk (BP), glucose, triglyceriden (TG), high-density lipoprotein cholesterol (HDL-C) en low-density lipoprotein cholesterol (LDL-C).[1] 
2. Wat zijn de aanbevelingen voor richtlijnen op het gebied van de frequentie en het tijdstip van meten van de metabole effecten bij de behandeling van schizofrenie?[1] 

Hoe werd dit onderzocht? 
In een longitudinale open-label studie werden 2250 Chinese patiënten met schizofrenie gerandomiseerd in zeven groepen. De groepen werden beoordeeld naar aanleiding van de volgende tijdlijn: direct na initiëren, na twee, na vier en na zes weken. Het betrof gehospitaliseerde patiënten uit 32 Chinese ziekenhuizen met een leeftijd tussen 18 en 45 jaar die nog niet eerder antipsychotica gebruikt hadden, of met een recente terugval zonder medicatie in gebruik voor ten minste één week. Patiënten met diabetes, hypertensie of een cardiale aandoening werden geëxcludeerd in dit onderzoek. De patiënten werden verdeeld over vijf atypische antipsychotica (risperidon, olanzapine, quetiapine, aripiprazol en ziprasidon) en twee typische (perfenazine en haloperidol). De doseringen van de antipsychotica werden omgezet naar equivalenten van chloorpromazine.[1 2] 

Belangrijkste resultaten 
Bij alle antipsychotica werd een stijging waargenomen van BMI (1-5%) en TO (+0,5-3%) tijdens de eerste zes weken. Hierbij gaf olanzapine de grootste verandering van BMI, TO, TG en LDL-C, waarbij ziprasidon voor deze metabolische effecten de laagste verandering gaf. Met uitzondering van quetiapine was de bloeddruk vooral in de eerste twee weken na start van het antipsychoticum verlaagd. TG en LDL-C namen vooral tijdens de eerste vier weken toe met respectievelijk circa 20-60% en 2-15%. Veranderingen in glucose werden alleen waargenomen na de vergelijking tussen patiënten met normale en abnormale glucosespiegels bij start van het onderzoek. Er werden geen significante verschillen gevonden in het HDL-C. Significante risicofactoren voor MetS bij start van het onderzoek, die gevonden werden zijn: een hoge leeftijd, een hoger opleidingsniveau, het gebruik van psychiatrische medicatie in het verleden, een verhoogd aantal witte bloedcellen en een verhoogde alanine aminotransferase.[1] 

Belangrijkste conclusies 
Op basis van de bevindingen in deze studie kan er geconcludeerd worden dat alle patiënten en nieuwe gebruikers van antipsychotica gemonitord dienen te worden op MetS. Deze monitoring dient tevens bij aanvang van de behandeling uitgevoerd te worden, ongeacht de aan- of afwezigheid van risicofactoren voor MetS.[1] 

Consequenties voor de praktijk 
In deze studie komt naar voren dat nadelige veranderingen in metabole effecten kunnen optreden binnen twee tot zes weken na de start van een antipsychoticum.[1] Dit suggereert dat de huidige richtlijnen onvoldoende nadruk leggen op het monitoren van metabole parameters in een vroeg stadium van behandeling.[3] In de praktijk zou dit betekenen dat vervolgmetingen van metabole parameters eerder plaats kunnen vinden.[1 3] Door de grote veranderingen in metabole effecten die kunnen worden waargenomen in een relatief korte termijn, dient de monitoring voor elke patiënt gelijk te zijn, ongeacht de metabole status bij start van de behandeling.[1]

Literatuur 
1. Zhang Y, Wang Q, Reynolds GP et al. Metabolic effects of 7 antipsychotics on patients with. schizophrenia: a short-term, randomized, open-label, multicenter, pharmacologic trial. J Clin Psychiatry 2020;81(3):19m12785. 
2. KNMP Kennisbank. Informatorium Medicamentorum. Maagdarmmiddelen. Anti-emetica. Dopamine-antagonisten. Chloorpromazine. Beschikbaar via: https://kennisbank.knmp.nl/article/Informatorium_Medicamentorum/S1044.html (Geraadpleegd 25-06-2020; laatste update onbekend). 
3. Federatie Medisch Specialisten. Richtlijnen. Schizofrenie. Biologische behandelingen van schizofrenie. Bijwerkingen antipsychotica bij schizofrenie. Metabole stoornissen door antipsychotica. Beschikbaar via: https://richtlijnendatabase.nl/richtlijn/schizofrenie/biologische_behandelingen_van_schizofrenie/bijwerkingen_antipsychotica_bij_schizofrenie/metabole_stoornissen_door_antipsychotica.html (Geraadpleegd 28-07-2020; laatste update 01-01-2012).